Cask strength is een term die wordt gebruikt bij de productie van whisky om het alcoholvolume aan te geven dat wordt gebruikt voor een whisky tijdens het rijpen in een vat. Dit volume ligt meestal tussen de 60-65%.
De meeste whisky wordt vlak voor het bottelen aangelengd met water, om het alcoholpercentage terug te brengen tot ergens tussen de 40-46%. Cask strength whisky wordt echter niet verdund met water, maar op vatsterkte in de fles gedaan. Deze whisky bevat dus het alcoholpercentage dat de whisky heeft op het moment dat hij uit het vat komt.
Het voordeel van cask strength whisky
Het grote voordeel van een cask strength whisky is dat je als consument zelf kunt bepalen hoe sterk je de whisky wilt drinken. Je hebt de vrijheid om eventueel zelf een paar druppels water in je whisky te doen. Zo kun je in feite dus zelf het gewenste alcoholpercentage regelen. Let er wel op dat een dergelijke whisky een heel stuk sterker zal zijn dan wat je mogelijk gewend bent. Het aanlengen met een beetje water is in veel gevallen dus een aanrader.
Is cask strength whisky beter?
Of een cask strength whisky beter is dan een standaard whisky, daar kun je over discussiëren. Bij een whisky met een alcoholpercentage van bijvoorbeeld 58% kan de alcohol erg overheersen ten opzichte van de meer subtiele smaken die de whisky bevat. Aan de andere kant zijn er ook mensen die hun whisky het liefst zo puur mogelijk hebben, dus zonder de toevoeging van water. Wel is cask strength whisky duurder, voor zowel de producent als de consument. Omdat de whisky niet wordt aangelengd met water kan de producent immers minder flessen whisky uit een vat halen.